Juffershof

Terug

Transformatie van de voormalige bibliotheek

Juffershof toont respect voor de historische binnenstad. De architecten, de ontwikkelaar en het bouwbedrijf beschouwen het als hun morele plicht om te ontwerpen en te bouwen met liefde en aandacht. De gevel is opgedeeld in panden met verschillende kleuren en verhoudingen. Dat zet de melodie van de kleurrijke Kleine Overstraat voort. Het bouwproces was sturend voor het ontwerp. Dat resulteerde in een zorgvuldige mix van historiserende en moderne stijlen en het toevoegen van een intiem stadshof. Dit project benadrukt dat architectuur verder moet gaan dan financiële haalbaarheid; het draait om iets creëren waar de stad trots op zijn. Het resultaat is een architectonische blikvanger die Deventer verrijkt en als voorbeeld kan dienen voor ontwikkelingen in de binnenstad.

Lees verder onder de foto’s ↓

1881

Architect: I’M architecten
Opdrachtgever/ontwikkelaar: A. Lagerweij
Soort project: Binnenstedelijke transformatie naar woningen
Bouwbedrijf: PHB, ten Hove, eigen initiatief, Aberson, Lagemaat, Eysink, van Ee, Eskes
Opleverdatum: Augustus 2024
Locatie: Kleine Overstraat 60
Website: https://www.im-architecten.nl/

 

Dit project betreft de transformatie van een voormalige bibliotheek naar een multifunctioneel complex met een museum, kantoren, winkels en 18 appartementen. Het vraagt om een delicate balans tussen stedelijk wonen, publieke functies en respect voor het rijksmonument, terwijl de rijke architectonische kwaliteit die de binnenstad van Deventer verdient, behouden blijft.

De zoektocht naar een aangename woonplek leidde tot de creatie van een nieuwe, hoogwaardige binnentuin. De oorspronkelijke gevel aan de Kleine Overstraat was sober en sloot niet aan bij de levendige straat vol karakteristieke kleuren en composities. De ‘melodie’ van de straat stopte abrupt bij de jaren 60 gesloten gevels. Daarom is een lang ontwerpproces doorlopen om de karakteristieke sfeer van de Kleine Overstraat door te trekken tot aan de Brink.

De vernieuwde gevels herstellen de historische variatie en brengen leven terug in dit vergeten deel van de Kleine Overstraat. Het stadshof en de subtiele mix van historiserende en hedendaagse architectuur versterken de unieke charme van Deventer en verhogen de kwaliteit en aantrekkelijkheid van de binnenstad. Het resultaat is een architectonisch hoogtepunt dat goed wordt ontvangen door passanten en een enorme meerwaarde biedt voor de stad.

Echter het ontwerpproces, gedreven door vakmanschap, is cruciaal voor het eindresultaat. De initiatiefnemer, tevens aannemer, speelde een sleutelrol in de gevelafwerkingen, wat leidde tot unieke toevoegingen. Het ontwerpproces werd gestuurd door het bouwproces zelf, waarbij de plannen voortdurend aanpast werden om de architectuur naadloos te laten aansluiten op wat zich gaandeweg vormde. Dit vergde een ongedwongen houding van zowel initiatiefnemer als architect. Dit maakt het proces een stuk complexer maar vooral ook een stuk leuker.

Een voorbeeld van het proces is bijvoorbeeld de houten gevel, volledig opgebouwd uit hergebruikte panelen van oude kastelen in Noord-Frankrijk die door architect en opdrachtgever zelf zijn uitgezocht en opgehaald. Verder is iedere steen van het zwarte pand handmatig door de opdrachtgever zelf gezaagd.

Deze zorgvuldige aanpak, hoewel tijdrovend en kostbaar, waarborgt een resultaat waar we trots op kunnen zijn. De term oplevering is hierin ook een vloeibaar begrip: terwijl enkele woningen en winkels zijn opgeleverd zijn we druk bezig de laatste puntjes op de i te zetten. Ambacht kost tijd. Zoals het gezegde luidt: Ook Rome is niet in één dag gebouwd.

 

Ontwerpen en bouwen in een historische binnenstad zoals Deventer brengt een morele plicht met zich mee: het moet met liefde en aandacht gebeuren. De aantrekkingskracht van onze binnenstad ligt in de rijke detaillering en het voelbare vakmanschap. Deze verantwoordelijkheid hebben heeft het bureau altijd serieus genomen, en het heeft hen gedreven om zorgvuldige keuzes te maken.

In plaats van de makkelijke weg te kiezen (met een generieke moderne architectuur), is bewust gekozen voor een complexere transformatie, waarbij een aanzienlijk deel van het gebouw werd verwijderd om een aangenaam hof te creëren. Dit project toont aan dat architectuur niet alleen om financiële haalbaarheid draait. De drijfveer moet zijn om iets te maken waar wij én de stad trots op kunnen zijn—een verantwoordelijkheid die architecten en initiatiefnemers zouden moeten delen. Daar zou architectuur over moeten gaan.

In plaats van te kiezen voor volledige sloop langs de Kleine Overstraat, wat zowel bouwtechnisch eenvoudiger als financieel aantrekkelijker was, is bewust gekozen voor een complexere hergebruik strategie. Duurzaamheid en respect voor het bestaande stonden centraal. Het betonnen casco was in goede staat. Het eerst volledig slopen en afvoeren van enorm veel bouwmaterialen en deze later weer terugbrengen in de oude binnenstad zou de ambitie tekortdoen. Daarom is ervoor gekozen om zoveel mogelijk van het bestaande te behouden en zorgvuldig te transformeren.

Door minder terug te bouwen, is ruimte gecreëerd voor lucht, licht, groen en intimiteit, met als resultaat een stadshof dat als oase van rust dient in de drukke binnenstad. Dit hof biedt niet alleen een plek van ontmoeting—alle woningen zijn bereikbaar via deze collectieve ruimte—maar fungeert ook als een gedeelde tuin voor de bewoners. In plaats van grotere, duurdere woningen, is bewust gekozen voor kleinere, betaalbare eenheden, waardoor het hof een gezamenlijke buitenruimte wordt met vrij uitzicht naar het zuiden.

De maisonettes aan het hof zijn ontworpen met afgeronde hoeken, zodat de markante achtergevel van het rijksmonument goed zichtbaar blijft. Brede galerijen met afgeronde erkers bieden extra recreatieruimte en versterken de sociale interactie. Het hof wordt uiteindelijk samen met de bewoners verder ingericht en vergroend, waardoor het project niet alleen duurzaam, maar ook sociaal impactvol is.